Menu

Identiteit of basisbeeld?

Burgerschap - Jos Roemer

Al meer dan twintig jaar loop ik aan tegen een beperkte en arme opvatting van ‘schoolidentiteit’. Laatst ook weer. Ik vroeg aan een aantal directeuren of ze voelden voor het invoeren van de functie ‘coördinator schoolidentiteit’. Uit een aantal reacties rees dat beperkte beeld opnieuw op (‘we zijn heel tevreden met Kwink en we werken met Trefwoord’).

Ander woord voor identiteit bedenken?

Iemand zei tegen me: moeten jullie niet een ander woord bedenken? Het woord ‘identiteit’ is al decennia lang bezet, iedereen denkt dan meteen aan de Kerstviering en de relatie met de parochie! Tja, daar zit wat in. Maar welk ander woord dan? Misschien het woord ‘basisbeeld’? Welk beeld heeft de school als het gaat om de vraag: waarom zitten de kinderen bij jou op school?

En: waarom zitten de kinderen bij jóu op school? Welk antwoord zouden directeuren en leerkrachten dan geven? Zouden ze enkel verwijzen naar de kwalificerende functie van de school (‘om goed te leren lezen en rekenen’)? Of zouden ze op de eerste plaats zetten: ‘om mens te worden’? Of zouden ze antwoorden ’om op de eerste plaats goed en gelukkig te leren samenleven. Goed leren lezen en rekenen volgt dan vanzelf wel’?

En welke rol zouden ze dan de persoon van de leerkracht toedichten? Zien ze de leerkracht als meer dan een competente begeleider van leerprocessen? Doet de persoon van de leerkracht ertoe?

Wie ben je zelf en wie zijn jullie als team?

Ik heb deze vraag naar een alternatief onlangs voorgelegd aan een vijftal leerkrachten. Ze volgen allen de opleiding tot coördinator identiteit. Unaniem zeiden: het woord identiteit is prima, houden zo! Want die associatie met kerk en catechese geldt alleen nog maar voor de oudere generatie. De jongeren staan er blanco in, die hebben helemaal geen beelden meer. Bovendien, zo brachten ze naar voren, gaat het bij het woord ‘identiteit’ ook om de vraag ‘wie ben je zelf en wie zijn jullie als team’? Precies de kernvragen waar we nu zo weinig tijd voor hebben. En trouwens, weinig tijd hebben we niet alleen voor bezinning op ons beroep, aldus één deelnemer. Ook nascholingstrajecten voor het Jenaplanonderwijs worden slecht bezocht. Je wordt aangenomen om les te geven, de rest lijkt bijzaak.

Dus toch maar het woord ‘identiteit’ aanhouden? En hopen op betere tijden, waarin we meer tijd willen vrij maken voor de trage vragen?